Lezing over Flora in de Eifel door Olaf Op den Kamp.
De Eifel, vlak over de grens in Duitsland, is een afwisselend gebied. De flora hier wijkt behoorlijk af van die van Limburg, hoewel bepaalde elementen ook tot in onze provincie doordringen. De flora in de Eifel wordt bepaald door een combinatie van klimaat, ondergrond en reliëf. Zo kunnen in de warme dalen van Ahr en Moezel flora-elementen doordringen die normaliter in Zuid-Europa te vinden zijn. Zo groeien hier soorten als Wimperparelgras, Rotsanjer, Vuurwerkplant en Europees krentenboompje. Heel anders is de flora in de randzones van de Hoge Venen. Hier groeit een vegetatie die grotendeels uit boreale elementen bestaat met soorten als Wilde narcis, Bergvenkel, Bergcentaurie, Wolverlei, Witte muggenorchis en Zevenster. De Eifel is met name bekend vanwege de rijke flora van de kalkgraslanden waar diverse soorten orchideeën als Vliegenorchis, Grote muggenorchis en Hommelorchis groeien. Kruidachtigen als Rozenkransje, Schedekroonkruid, Alpenklaver en Wildemanskruid groeien hier tussen de Wilde jeneverbessen. Zeer rijk aan planten zijn ook de kalkbeukenbossen van de Eifel. Naast in ons land bekende soorten als Gele anemoon, Gevlekte aronskelk en diverse soorten viooltjes, groeien hier ook bijzondere soorten als Donker longkruid, Bleke schubwortel, Rood peperboompje en Grootbladviooltje. Langs de beken groeit een rijke kruidenvegetatie met een ruige kruidachtige plantengroei met Moerasspirea, Adderwortel, Blauwe en Gele monnikskap. Rijk is eveneens de akkerflora met naast gewone soorten als Grote klaproos en Korenbloem ook bijzonderheden als Zomeradonis, Blauw spiegelklokje en Handjesereprijs. In de Eifel komen ook enkele echte regionale zeldzaamheden voor zoals Engelse vliesvaren, Gekroesde rolvaren, Boshondstong, Zwart peperboompje, Vrouwenschoentje en Peerlijsterbes.